Vrouwkje Tuinman

Vrouwkje Tuinman (1974) treedt op het ogenblik op met Martin Fondse en Margriet Sjoerdsma in de voorstelling Stop de Tijd. Nog te zien in Zwolle, Den Haag en Ede. Aanrader. Van Vrouwkje Tuinman het volgende gedicht uit haar bundel Wat ik met de sleutel moet, uit 2011.

UPSTAIRS, DOWNSTAIRS

Er wordt gevreesd dat jullie ons zien
als we in bad gaan en dat jullie alles kunnen
horen. Maar dat gebeurt niet op tv.
De held hoeft nooit tussen zijn acties door
naar de wc en knijpt nooit puistjes uit.
De vraag is waartussen jullie mogen schakelen, 
hoeveel kanalen er zijn van boven naar beneden.
Of er iets is voor degenen die het liefst
alleen maar sport zien. Een ander apparaat
dat meestal aanstaat op het echte leven
van de mensen die we allemaal goed kennen.
Waarin we zien dat Daisy na een hoop ellende toch
nog Edward trouwt en Rose zich alles weer
herinnert als ze door de lege kamers loopt.
Cliffhanger verplicht. Wat weten jullie 
van ons? Vertel me wat er na de reclame komt.

Een binaire ordening, boven en beneden. De hemel en de aarde, het geestelijke en het materiële, het eeuwige en het tijdelijke. Ze is enigszins wantrouwend. Ze kan zich niet voorstellen dat het boven zo fijn is als ze beweren, zoals op de tv, feel good, nooit naar de wc en nooit geen puistjes. 
Beneden wil ze weten wat ze boven allemaal van beneden zien. Hoeveel kunnen ze zappen naar een andere zender, en als je alleen naar voetbal wil kijken, kan dat dan ook? Is die vergeestelijkte wereld die we boven noemen wel zo oprecht? 
Ze heeft achterdocht, of ze niet te veel bespied wordt, of er dan niet geroddeld wordt en zo, met leedvermaak. Zitten daar een stelletje voyeurs zich over ons te verkneukelen? Is het niet te veel een spannend gemaakte film die er over ons beneden bekeken wordt? Met reclames ertussendoor die nauwelijks irreëler zijn. Wat weten jullie daar boven eigenlijk van ons hier beneden, schijnt haar sceptische vraag. De dichteres is non binair, stelt gereserveerde vragen.
Nuchter en humoristisch opgeschreven, het ééntweetje. Ik hoor er ook Frank Starik in, haar geliefde, ook dichter, die toen nog niet dood was en met wie ze deze fantasie wellicht heeft doorgedacht om het hemelse aardser te maken en te relativeren.

De afbeelding is van Marc Chagall, la promenade.