Wij vertrokken naar het zuiden op 14 maart. De reis ging naar Italië. Inmiddels weer thuis. Het volgende gedicht is van Rob Schouten en komt uit zijn bundel ‘Apenlier’, uit 2004.
Een heel behoorlijk natuurgedicht
De scepsis is langzaam weggestorven
en het laatste voorbehoud
met de spotvogels vertrokken
naar het heidense Zuiden
wordt het langzaam tijd om te gaan sneeuwen,
eerst langzaam, daarna dichter,
tot alles blanco is en onverlicht,
je reinste Middeleeuwen.
Mooi zo, dan nu maar eens een zwerver
aan laten kloppen. Volluk! Hongur!
Het licht in de boerderij gaat aan,
de zoon wordt onderwijzer, de kleinzoon prof
en voor je het beseft
is het vakantie in Toscane
Rob Schouten schetst dat hij zijn voorbehoud heeft laten varen. De spot is met de spotvogels naar het Zuiden vertrokken. Tegelijk is de verlichting uitgegaan, zodat alles donker is geworden, alsof je terug bent naar de Middeleeuwen. Er is niets meer te zien. Alles waar je je druk over kan maken is onder een dikke laag sneeuw toegedekt.
Aan de apenlier zingt hij zijn lied. Er is tijd voor zwervers die bij een boerderij komen aankloppen om wat eten. Daar gaat het licht aan. Carrières van zijn kinderen en kleinkinderen. De tijd vliegt voorbij. En dan is het al gauw tijd om als toerist naar Toscane te vertrekken.
Wij waren daar ook, Rob, ik zal je wat reistips geven. Goed dat jij, zoon van een dominee, daar naartoe gaat, en het moralistische Nederland even inruilt voor het zeer katholieke en zondige Italië. Ga niet teveel kerken in want daar hangen zoveel Jezussen aan het kruis en er staan zoveel beelden van heiligen die gemarteld worden, daar wordt je mistroostig van.
Ga wél naar de Uffizi in Florence en bekijk daar, nadat je ondanks het tijdsslot toch een uur in de rij hebt moeten staan en nadat je het chagrijn van de hulpverleners bij de garderobe hebt verbeten, la primavera van Botticelli. Al staan er nog tientallen andere bewonderaars voor het doek.
La primavera is een allegorie van de liefde. Links op het schilderij, voor de kijker dus rechts, zie je Zephyros, de god van de westenwind, die de nymph Chloris, met wie hij getrouwd is, aangenaam koelte toewuift en zacht omhelst. Daarnaast staat in bloemen gehuld de lente, die ook een nieuw begin symboliseert. In het midden staat Venus, de Romeinse godin van de liefde, en daarnaast dansen de drie gratiën die staan voor schoonheid, plezier en opbloeiend geluk. Boven Venus schiet Cupido nog een liefdespijl af. Geheel rechts staat Mercurius. Als je goed kijkt heeft hij in zijn rechterhand een stafje waarmee hij de wolken aanmoedigt de bloemen af en toe te besproeien. Dat stafje bestaat uit twee om elkaar heen kronkelende, de liefde bedrijvende slangen. Toen wij een wandeling maakten in het parco naturale Selva del Lamone, in het zuiden vn Toscane, kwamen wij twee gladde slangen (Coronella Austriaca) tegen op ons pad die precies zo in elkaar gekronkeld hun liefdesdans deden – je moet soms een beetje geluk hebben. En als je toch in de Uffizi bent. Maak daar een selfie van je zelfie voor het portret van Medusa, van de hand van Caravaggio.
Mocht er elders een tentoonstelling zijn van de prerafaëlieten, is dat ook een aanrader. Het gaat om een voornamelijk Britse kunststroming uit de 19e eeuw die teruggrijpt naar de vroege renaissance van voor Rafael. Wij bezochten de tentoonstelling in het museum van Forli, een plaats dicht bij Rimini in Emilia Romagna.
Zo is er het schilderij van Medea van de schilderes Evelyn Pickering de Morgan (Londen, 1855-1919). Bij die afbeelding van Victoriaanse schoonheid kun je je toch moeilijk een wraaklustige tovenares voorstellen die Jason hielp het gulden vlies te veroveren. Uit wraak voor Jason’s ontrouw doodde zij hun eigen kinderen evenals Jason’s nieuwe vlam en haar vader, de koning van Korinthe en diens dochter. In haar hand houdt ze het flesje dodelijke toverdrank terwijl ze door een ijzingwekkende gallerij wandelt in het paleis van de koning van Korinthe.
Weinig voorbehoud in deze schilderijen. Eerder wat overdreven esthetisch. Daarover zou scepsis op haar plaats kunnen zijn.
Veel plezier wens ik je, Rob, en wees trots op je kroost.