We maken een reis door Italië sinds 14 maart. Schier niet te tellen de archeologische sites met restanten uit de klassieke Romeinse tijd en eerder en later. Overal amfitheaters, grafmonumenten, resten van tempels, fonteinen, termen en wasplaatsen, vestingmuren en stadspoorten en oude mozaïeken. Je kunt er verhalen bij verzinnen, geholpen door wat archeologen en historici hebben blootgelegd en in folders en reisgidsen verklaren, aangevuld met je eigen voorstellingsvermogen.
Zo bezochten wij Chiusi, net als ooit de dichter Hans Tentije. Chiusi ligt in Toscane, is een antiek stadje dat een belangrijke plaats was van de Etrusken, het volk dat vóór het latere Romeinse Rijk daar heer en meester was.
Chiusi
Hoeveel spaden diep lag niet
het onderspit dat hij moest delven?
zijn bronzen, gevleugelde helm droeg hij nog
toen ze hem vonden en opgroeven, een paar duizend jaar
nadat hij bij Chiusi sneuvelde, zijn neusplaat
bleek tegen geen zwaardhouw bestand en was diep
zijn voorhoofd binnengedrongen
terrasiena het geronnen bloed op lippen en kin
en in de rimpels van zijn hals, alsof hij zich volgevreten had
met stukken reerug die te gauw, te rauw
van het vuur waren gehaald
zijn ogen, in hun omrande kassen, zijn uitgestoken
of door raven, bonte kraaien uitgepikt, of rotte
het gebrokene er vanzelf uit weg, vloog het als het donker
van de dagpauwoog onder zijn struikdichte
wimpers vandaan
en stuitte de wind daarna, na de slag niet
op overal verspreid liggende uitrustingsstukken
en een ribbenkast waarmee zelfs de onafzienbaarste akkers
geëgd kon worden, hele streken uitgekamd?
maar hinderlagen, nederlagen later
in de etalages van souvenirwinkeltjes de gepatineerde
replica’s van Etruskische miniaturen –
strijdwagens en paarden, zwaardvechters
en speerdragers fier zij aan zij
terwijl de dood in alle hevigheid afwezig is
In het museum zag Hans Tentije blijkbaar een beeld van een Etruskische krijger. In de souvenirswinkeltjes andere oorlogsdingetjes – hoe de strijd was, bloedig en wreed, of er angst was of moed of verdriet of hoe de mensen waren, dat vertellen de restanten en beeldjes niet, dat moet je er zelf bij bedenken. De dood, zo eindigt Tentije tegenstrijdig, is in alle hevigheid afwezig.
Zo kwamen wij ook op onze reis in de Romeinse stad Saepinum (ook wel Altilia genoemd) bij Sepino Campobasso in de provincie Molise. Veel kleiner weliswaar dan Pompeï, juist daarom overzichtelijk. En alles is er nog, of in ieder geval goed herkenbaar: wegen, muren, poorten, forum, theater, termen en andere openbare gebouwen, watervoorzieningen, winkels en woningen. Het stadje werd door de Romeinen zo’n 300 jaar v. Chr. gesticht, strategisch liggend op de herdersroute tussen het huidige Puglia en de noordelijker regio’s.
Zo wandelden wij door de perfecte ruïnes van het antieke Romeinse plaatsje. We bewonderden de pilaren van de tempel, niet heel groot overigens, gewijd aan Jupiter. We liepen door de poorten die deels uit de puinhopen waren gerestaureerd naar hun oorspronkelijkheid. We zagen het amfitheater met aan de rand daaromheen de huisjes die er in de middeleeuwen omheen waren gebouwd door nieuwe bewoners. Ook zagen we de boerderijen die her en der in het stadje waren opgetrokken door boeren in de 18de eeuw, met hergebruik van de oude stenen. Twee millenia tastbare geschiedenis. Het voor mij meest tot nadenken en fantaseren uitnodigende was echter het Forum op het kruispunt van de twee hoofdstraten van het stadje. Eigenlijk niet meer dan een plein, ongeveer zo groot als een half voetbalveld, geplaveid met grote en kleine platte stenen. Het is de plek waar handel gedreven werd, en waar ook de democratie bedreven. Daar kwamen de burgers in volksvergaderingen bij elkaar om belangrijke beslissingen over de stad te nemen. Over cijnzen en over de verdediging van de stad, over de bouw van het theater en de tempel. Daar zal ook de dramatische beslissing genomen zijn rond het jaar 882 om de stad te verlaten. Het stadje was al geleidelijk leeg gelopen na de val van het Rijk, na de onrustige tijden die erop volgden en na hevige aanvallen van de Saracenen, een volk uit Arabische streken. De plek was niet veilig meer voor haar bewoners. Hoe zullen die discussies gegaan zijn? Ik las van Ilja Pfeiffer zijn roman Alkibiades, waarin hij de Atheense democratie tot leven brengt uit de tijd van het verval daarvan.
Het Forum is alleen maar steen. De mensen van toen, van vlees en van bloed, moet je er zelf bij bedenken. Ook hun manieren van doen, hun denken en delibereren, hun meningsverschillen, listen en vertrouwen. Hun manier van luisteren, informatie verwerken, intelligentie. Zoals Hans Tentije slechts kon gissen naar de menselijke aard van die Etruskische strijder.
Ach, ondanks alle ruïnes en ondergang, ook in het eigen leven wellicht, zo verzucht Anneke Brassinga, is er nog altijd de fantastisch mooie zonsondergang, en die net als al die andere, telkens als voor het eerst zal zijn.
Verschiet te Rome
Ruïnes? Ik weet ze in mijn leven al.
Een weids terrein vol brokken, zelf gemaakt,
uit eigen grond gestampt. Maar avondgloed
te Rome, zachtvurige zonsravage regenboogbekroond
laat door geen glorieus verwoest bestaan
zich evenaren. Ik aanzie die wondere
ondergang, besef hoe mijne evenmin fataal
en keer op keer als voor het eerst zal zijn.
Het gedicht Chiusi van Hans Tentije komt uit zijn bundel Hoe het komt, De Harmonie, 2016.
Het gedicht van Anneke Brassinga staat in haar bundel Verschiet, De Bezige Bij, 2001.
Alkibiades van Leonard Ilja Pfeiffer is uitgegeven bij De Arbeiderspers in het jaar 2023.